Boodschappen probeer ik zo bewust mogelijk te doen. Ik mijd producten met e-nummers en eet het liefst suikervrij. Maar met een puber in huis lukt het niet altijd even goed om heel gezond te eten. Mia’s lichaam schreeuwt om chips, koek, chocolade en ijs. Daarom hanteer ik de 80/20 regel: 80% gezond en 20%… wat minder gezond. 

Als de dag van gister kan ik het me nog herinneren. Ik was een jaar of 7 en mijn moeder kocht een zakje Venco drop. Ik mocht er 3 en zij nam er ook 3.Met luxe als snoepgoed moesten we vooral spaarzaam omgaan, dus het zakje drop kreeg een veilige plek ergens hoog op de kast. Kennelijk lag het zakje niet hoog genoeg voor mijn moeder: ze reikte wel erg vaak naar de bovenste plank en was de daarop volgende 5 minuten opvallend zwijgzaam. “Wacht maar, als ik later groot ben koop ik zoveel lekkers als ik zelf wil!“, nam ik me plechtig voor.

Daarom begrijp ik Mia ook goed als ze samen met vriendinnen uit school de supermarkt in duikt en de meest slechte producten uit de schappen kiest. Een pak koek worden direct op straat open gerukt en hun volle monden spoelen ze leeg met een slok cola of Fernandes, direct uit de fles. Vrijheid, grenzen ontdekken en lekker doen waar je zelf zin in hebt, daar ben je toch zeker een tiener voor!

(Tijdens een tripje naar Rotterdam kiezen Mia en Sanne zelf wat ze als ontbijt eten).

Maar het gaat me aan mijn hart hoor, al die transvetten en andere slechte voedingsstoffen die ze naar binnen werkt.

Aan de slag met de 80/20 regel

“Mia, wij gaan de 80/20 regel hanteren. Dat betekent 80% ongezond eten en 20% gezond“. Ze kijkt me blij verrast aan: “OKEEEE, ik doe mee!!” Mmm, dat ging wel heel makkelijk. Dan besef ik mijn blunder. “Sorry, ik bedoel het andersom: 80% gezond en maximaal 20% minder gezond”. Snel duikt ze weer in de messages op haar telefoon, vele malen interessanter.

Mijn 80/20 regel: 80% van wat we eten is vers, bij voorkeur biologisch en zonder e-nummers en toegevoegde suikers. Dit zijn eigenlijk de producten die ik zelf in huis haal en waarmee ik het eten klaarmaak. Over de andere 20% doe ik niet al te moeilijk. Dit zijn als het ware de extraatjes. Denk aan een Viennetta ijstaart, ’s avonds op de bank bij een of andere Netflix serie.  Of Mia’s cornflakes bij het ontbijt. Of als we uit eten gaan en we vragen nog een extra bakje mayonaise. Of als Mia zelf eten inslaat voor een logeerpartijtje met 1 of meerdere andere suiker-addicts.

(Mia en Sanne zijn echte “snaai matties”. Zo tref ik ze thuis aan: met een berg snoep en lege spaarpotten).

Een tip voor de 80/20 regel

  • De 80/20 regel kun je ook toepassen over de 7 dagen van de week. Als je bijvoorbeeld op zondag even lekker los gaat op een strandfeestje of verjaardag. Ik weet niet of hiervoor een wetenschappelijke basis is, maar voor mijn gevoel hoeft je lichaam dan maar 1 keer aan de slag om al het “slechte” te verwerken.
  • Zijn die puberale vreetbuien jou bekend? Volgens mij helpt verbieden niet echt, dan doen ze het stiekem. Ik probeer haar meer te betrekken bij het bereiden van gezonde en suikervrije lekkernijen. Zo maakte Mia laatst een superlekker én gezond bananenbrood. Het recept lees je hier.

suikervrije mugcake

(Of ik bak zelf iets gezonds. In dit geval een cake-in-a-jar met courgette. Ze vond ‘em heerlijk!)