PPVDW: kan mij die #%^ toetsweek schelen

PuberPerikelVanDeWeek: Mia heeft toetsweek. Ik heb toetsweek. Wij hebben toetsweek. En dat heeft zo z’n voordelen, maar vooral ook wat nadelen…

“Mia, ga je aan je huiswerk?”
“Ja zo, nog 1 minuut.”

Mia is druk op haar telefoon, waarschijnlijk verwikkeld in een whatsapp gesprek over/met jongens over/met vriendinnen. Ondertussen kijkt ze op de iPad een mega-interessante how-to video van een mega-intelligente vlogger over het mega-cool opbrengen van highlighter.

10 minuten later.

“Mia, ga je aan je huiswerk?”
“Jahaa, zo zeg ik toch!”
“Hallo, jij hebt toetsweek, niet ik!”
“Kan mij die $%^& toetsweek schelen!!”

Ik zou willen dat ik kon denken: “Zoek het uit joh! Als jij die toetsen slecht maakt, wie weet leer je er dan eens van!” Maar zo ben ik niet. Ik wil dat ze goede cijfers haalt en ik weet dat zij dan achteraf ook happy is en weer meer zelfvertrouwen heeft. Bovendien, deze toetsen zijn heel belangrijk want ze tellen mee voor het eindexamen van volgend jaar!

En dus heb ik ook toetsweek…

2 Weken van tevoren zijn we begonnen met het maken van planningen en samenvattingen. Van de hoeveelheid stof krijg zelfs ik het benauwd. En van de sfeer trouwens ook: Die puberattitude is killing! (en voor haar die moederattitude waarschijnlijk ook).

Tijdens het ontbijt van de eerste toetsdag:

“Gadver, deze melk stinkt! En die cornflakes trouwens ook. Dit eet ik niet!”
“Die melk is gewoon goed, gisteren gekocht! Maak anders een broodje.”
“Echt niet! Geen tijd, ik moet m’n haar nog stylen.”
“Je moet echt goed eten hoor, anders kan je niet goed nadenken tijdens de toetsen straks!”

(en je raadt zeker wel wie er vervolgens een broodje staat te smeren?)

“Ik eet dat broodje niet! Ik heb net m’n tanden gepoetst!”

Wat volgt:

Bijna-broodje-in-gezicht-smijten (ik). Schreeuwen (zij). Met deuren gooien (ik). Wegfietsen zonder gedag te zeggen (zij). Bijkomen in de tuin met koffie met slechte gewoonte (ik). Rotgevoel (wij).

Maar ik zet door! Gesteund door een aantal mensen in mijn omgeving die zeggen “Als ik mijn ouders niet had gehad, had ik dat papiertje nooit gehaald.” Daar komt bij, zo’n toetsweek heeft zo z’n voordelen. Want nu:

– Weet ik alles weer over de amoebe en het pantoffeldiertje.

– Ben ik een kei in de past/present simple en continious.

– Heb ik het verdrag van Versailles weer op mijn netvlies.

– En kan ik heel goed hoofdzaken van bijzaken onderscheiden, (uit een tekst…)

Nu Mia nog. Vrijdag laatste toetsweek dag!