Het 3e schooljaar op de Vrije School zit er voor Mia alweer bijna op. Dat niet alleen, haar hele schoolperiode op de Vrije School is binnenkort afgelopen. Mia vind het op de Vrije School namelijk $%^&.  Mijn destijds zo weloverwogen plannetje om haar op een wat alternatievere manier onderwijs te laten volgen zet ik in de koelkast. We besluiten namelijk dat ze naar een andere, reguliere scholengemeenschap gaat.

Een andere school dus. En nog wel precies de school die ik bij de schoolkeuze aan het einde van de basisschool zo krampachtig heb willen voorkomen. Mia is echter in de gloria.

“Op deze school zitten tenminste normale mensen.”

Mia zit op de Vrije School, in een speciale klas (3 mavo) met minder leerlingen en met extra aandacht voor verschillende variaties leerproblematiek. Als Mia namelijk ergens moeite mee heeft, dan is het plannen, zich concentreren en focussen op lange lappen stof. In deze klas wordt extra aandacht gegeven aan o.a. kinderen met ADHD, concentratieproblemen en dyslexie.

Op de vrije school kom je van alles tegen. Kinderen met blauw, paars of roze haar, op blote voeten, met standaard een blokfluit om hun hals, Miaatjes en ook leerkrachten in alle soorten en maten.

“Ik kan me toch niet concentreren als de lerares daar zonder BH staat les te geven?! En waarom moeten we elke ochtend een zonnespreuk opzeggen?!”
“Mia, als je niet op de Vrije School had gezeten had je Sanne nooit leren kennen!”
“O ja…”

De Vrije School, het leek me zo leuk

’s Morgens begint de dag met de zogenaamde periodelessen. Hierbij krijgen de leerlingen op een creatieve manier les in verschillende vakken. Metaalbewerking, manden vlechten, houtbewerking, etsen. Maar ook wiskunde, geschiedenis en biologie. Na de ochtend duiken ze de “boeken” in om op min of meer reguliere wijze onderwijs te volgen.

“^&*% vandaag moet ik een tuinstoel van hout maken! En de takken voor die stoel moeten we $%^& zelf uit het bos halen!!”

Er wordt wat af-gegodverd door Mia als het om haar school gaat. Niets – behalve haar vriendinnen, tussendemiddag naar de Vomar gaan en stiekem roken in het park – boeit haar op school. Zou het echt het type onderwijs zijn dat haar tegen staat, of is dit gewoon een standaard puber attitude… Lang neigde ik naar het laatste. Maar met de weken en maanden werd de tegenzin en weerstand alleen maar groter en lang niet altijd ongegrond.

“Ik kan toch niet leren uit schoolboeken die ik zelf moet maken?!”

Ja dat is ook wel een dingetje inderdaad. Tijdens die periodelessen moet je zelf verslagen en tekeningen maken. Dit moet netjes ingebonden worden en vanuit daar bereid je de toets voor. En die Mia is zo goed in netjes schrijven en nauwkeurig tekenen…

“Mia had haar periodeschrift wel wat netter mogen opmaken!” luidt meer dan eens het onderschrift van de leraar na de toets. En bij metaalbewerking is ze meerdere malen de klas uitgestuurd, omdat ze haar vingers maar bleef branden bij het lassen. Na de toets mogen de kinderen hun projecten mee naar huis nemen.

“Gooi maar weg hoor mam.”
“Echt niet, ik vind het hartstikke mooi en goed gemaakt van je!”

De stoel heeft het niet lang volgehouden, maar een aantal werkjes (zie foto bovenaan dit bericht) heb ik van de vuilnisbak weten te redden en zal ik zeker nog jaren koesteren.

Inmiddels ben ik erachter, voor de Vrije School moet je een type zijn. 

En dat is Mia dus overduidelijk niet. Na verschillende gesprekken met de mentor en de interne begeleider ben ik erachter dat Mia niet goed past bij het Vrije Schoolse onderwijs. Ze is er het type niet voor, het werkt niet. Ze wordt er zelf niet gelukkig van en haar desinteresse en “allergie”voor de methodiek volgens Rudolf Steiner komt de sfeer in de klas niet ten goede. Nou ja, de goede sfeer wel, maar daar worden de leraren weer niet zo blij van 😉

Wat gaat de nieuwe school ons brengen?

Op 5 september start Mia op haar nieuwe school. Ze heeft er zin in! Eerlijk gezegd vind ik het nogal spannend, tussen  – in haar ogen – alleen maar normale mensen. We zullen zien wat de toekomst ons gaat brengen!